Michail Afanasjevitsj Boelgakov (1891-1940) schreef met De meester en Margarita één van de meest gelezen en geprezen romans van de Sovjetliteratuur. Het fantasierijke werk, waarvan de blind geworden auteur op zijn sterfbed in 1940 de laatste correcties dicteerde aan zijn echtgenote, kon omwille van de censuur pas gepubliceerd worden in de winter van 1966-’67 – in door talloze weglatingen verminkte vorm. Enige tijd later verwierf het boek in de Sovjetunie een ongeziene populariteit, die uiteindelijk zou uitgroeien tot een ware cultus.
Wellicht is het wereldwijde succes van De meester en Margarita te danken aan zijn veelzijdigheid en veelgelaagdheid. De roman bevat twee door elkaar geweven vertellingen, één diabolische en één evangelische. Het hoofdverhaal speelt zich af in het stalinistische Moskou, dat bezocht wordt door satan en zijn handlangers. De meester is een literator die in een psychiatrische kliniek belandde nadat hij een roman over Pontius Pilatus had geschreven. Zijn geliefde, Margarita, sluit een pact met de duivel om hem te redden. De tweede vertelling brengt de veroordeling en kruisiging van Jesjoea Ha-Nostri in Jeruzalem vanuit het gezichtspunt van Pontius Pilatus. Het werk kan onder meer gelezen worden als satire, liefdesverhaal, sleutelroman, autobiografische, historische en allegorische roman. In de loop van zijn receptiegeschiedenis hebben Boelgakovexegeten zich geen moeite getroost om de roman van a tot z uit te pluizen. Voor de lezer die weinig of niets wil laten liggen is een sleutel tot de roman in de vorm van een overzichtelijk naslagwerk dan ook geen overbodige luxe.
Dit boekje van Emmanuel Waegemans, hoogleraar in de slavistiek , “heeft niet de pretentie een interpretatie te brengen, laat staan een alomvattende, maar wil slechts het materiaal aanreiken om tot een zinvolle lezing te komen.” Het overgrote deel van Een sleutel tot de roman is gewijd aan commentaar bij de tekst zelf van De meester en Margarita. Dit is vooral gericht op het verstrekken van achtergrondinformatie en het toelichten van allerhande realia, zinswendingen, verwijzingen en toespelingen, die voor de hedendaagse Westerse lezer niet meteen voor de hand liggen. Kennis van het Russisch wordt daarbij niet vereist, aangezien systematisch verwezen wordt naar de Nederlandse vertaling van Marko Fondse en Aai Prins. Een sleutel tot de roman bevat echter meer dan een toegankelijk en verhelderend commentaar bij de tekst van Boelgakov. Na een inleiding en een selecte bibliografie van interessante naslagwerken worden de biografie van de auteur en het verhaal van De meester en Margarita voorgesteld in een notendop. In de daarop volgende hoofdstukken maakt de lezer kort kennis met de ontstaans- en publicatiegeschiedenis, de Nederlandse vertalingen en de bestaande bewerkingen van de roman. Tenslotte zijn er drie summiere onderdelen gewijd aan de receptie, de autobiografische en de satirische dimensies van Boelgakovs intrigerende boek.
[Gepubliceerd in De leeswolf]
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.